Lang verhaal!
Er moest nog een verhaaltje. Mijn vorige verhaal, over al die eilandjes tussen A en B, resulteerde toch nog in een zeer geslaagde dag in Ridderkerk. De facilitair manager heette me hartelijk welkom en ik mocht gebruik maken van een leegstaande winkel. En als ik zeg ‘leegstaande winkel’ dan bedoel ik in dit geval een LEEGSTAANDE WINKEL… KEL… kel. Kerel bleef braaf een beetje bij de ingang staan terwijl ik aan de weg naar de gootsteen begon. De glazen pui was afgezet met witte schermen, wat het geheel een bijzonder beeld gaf. ‘Bel je als je er bent?’ Dat deed ik, want naast het feit dat het een hele diepe, leegstaande winkel was, was er ook nog eens geen licht. En bij nader inzien besloot ik ook dat er geen water was. Was er wel, maar ik vermoedde dat de gedoodverfde minuut na de zomervakantie hier niet afdoende zou zijn. En ik had geen zin om lang te wachten, want op een dag als dit scheelt iedere minuut. ‘Wat doe je dan!?’ Ik heb natuurlijk altijd een thermosfles met thee bij me. Schminken met kamillethee gaat best goed. We zetten een toevallig rondslingerende ladder overeind (zodat ik de kleren niet op de grond hoefde te leggen) en begon het omkleed- en schminkverhaal. En daar is een van Penny’s grootste voordelen: omdat er ook geen enkel meubilair was, kon ik gewoon aan het bureautje schuiven om het kliederwerk te volbrengen.
De leegstaande winkel bevond zich vlakbij de roltrap richting de Action. Dus ik hoefde niet heel ver te lopen naar de meest lucratieve plek. Als Penny geboekt wordt kijken we natuurlijk altijd naar de mooiste plek, maar als ik er puur voor de giften zit, dan zit ik er puur voor de giften en vind ik de achtergrond net iets minder belangrijk dan het verloop van het publiek. Dat zijn allemaal dingen waar je rekening mee moet houden.
‘Waar blijven je anekdotes over oude mensen!?’ Er was een oudere dame. Er waren heel veel oudere dames, maar er was er eentje heel bijzonder. Ze droeg een grote donkerrode tas bij zich. Geen schoudertas, geen boodschappentas, maar gewoon een grote, donkere, rode tas. Volgens mij was hij van leer of nepleer en er zat een hengsel aan de bovenkant, maar ook twee ringetjes aan de zijkanten waar een (waarschijnlijk bijpassende) riem aan bevestigd kon worden zodat deze over de schouder gedragen kon worden. Ze droeg de tas dan weer hangend aan haar arm, dan weer onder haar arm geklemd. Hoe ik dat weet? Nou, ze heeft toch zeker een half uur naar me gekeken. En ik ben heus wel wat gewend qua mensen die de tijd nemen, maar op een gegeven moment begin ik me af te vragen wat ik nog te bieden heb. Maar zij bleef staan. In het begin nieuwsgierig. Wat is het? Wat doet het? Ik zag de vragen over haar gezicht glijden. Als mijn gezichtsveld een klok is zag ik haar voor het eerst om één uur. Toen schoof ze naar half tien. Ik draaide mijn hoofd met haar mee. Toen dacht ik, nu gaat ze naar de Action, want ze liep vlak langs me op, maar ze ging om drie uur staan, op misschien twee meter afstand en ik draaide mijn hoofd naar haar toe. Ik gaf haar een gedicht, ze bekeek het en deed het in haar tas. Ze keek naar me en ik keek terug. En steeds als ze iets hoorde of iets anders zag, keek ze even om of op en dan keek ze weer naar mij. Het klinkt onwaarschijnlijk maar het was ongelooflijk spannend! Ze keek me recht aan. Niet indringend, sommige mensen kunnen penetrant kijken, sommige mensen denken dat ze leuk zijn en gaan op zoek naar je blik, maar zij keek gewoon. Of ze het mooi vond kon ik niet ontdekken. Of ze het raar vond ook niet. Lelijk vond ze het niet, anders was ze weggelopen. Het was bijna, BIJNA uitdrukkingsloos. Ze liep terug naar elf uur en ging weer staan kijken. Weer heel lang. Weer nèt zonder ongemakkelijk te worden. Toen liep ze opeens weg! Tien uur, negen uur, acht uur en verder kon ik mijn hoofd niet draaien. Weg was ze opeens! En dan zit je daar. Je denkt iets op te bouwen met iemand en dan loopt diegene zomaar weg! Dat zijn van die gekke dingen die je meemaakt en waar ook een hele lading gevoel bij hoort. En omdat je niks kan zeggen en niks doet, krijg je ook alle tijd om daarover na te denken en alles echt te voelen. Werd er bijna verdrietig van, zo abrupt was het.
Gelukkig kwam ze na vijf minuten weer aanlopen en begon het hele ritueel opnieuw. Links, rechts, kijken, kijken, nog een beetje kijken, om zich heen kijken, de tas nog wat steviger tegen zich aan trekken. En toen… was de tijd aangebroken dat ze echt weg moest. Blijkbaar. Dat merkte ik omdat ze de vorige keer weggelopen was en niet meer om had gekeken, maar deze keer liep ze een andere gang in (om elf uur zeg maar) en om de vier, vijf passen draaide ze zich om en… surprise… bleef ze even staan en het was een diepe gang! Aan alleen al één kant kon ik zo vier of vijf winkels onderscheiden. Ik schreef eerder dat dit alles een half uur geduurd heeft, maar het was ècht langer. En het duurde ook al lang voor ze echt helemaal uit zicht was, maar we bleven naar elkaar kijken! En toen was ze weg en was het klaar. Wilde avonturen joh, als levend standbeeld.
Toen kwam zaterdag. Zaterdag was een kutdag. Zo’n dag dat je allebei, onafhankelijk van elkaar, het gevoel hebt dat er iets niet in de haak is en dat je dan tóch naar de locatie gaat, terwijl het eigenlijk beter is dat je gewoon in je nest blijft liggen. De opbrengst was goed hoor, maar toen we ons meldden bij de servicebalie van de Albert Heijn zag ik aan het gezicht van het meisje (die met haar baas aan het bellen was om mij te melden) dat er iets mis was gegaan met de communicatie. En ik denk dan meteen: ik ben teveel, ik wil naar huis. Maar ja, dan draai je sowieso verlies, want de benzinekosten zijn al gemaakt. Dus toch maar even op de manager gewacht. Die was, als altijd, ontzettend vriendelijk. Nou zijn AH-managers altijd wel vriendelijk, maar deze is echt van het kaliber dat hij zelfs meedenkt met mensen die eigenlijk geen geld in zijn laatje brengen. Zoals ik. Wat was het geval? De ruimte waar ik me eerder om mocht kleden was in gebruik voor de BHV-cursus. Of het geen probleem voor me was als ik bij hem op kantoor terecht kon, hij was toch in de winkel. Ik wou dat ik hem kon laten zien waar ik me een dag eerder om had gekleed, geen probleem dus. Toen het volgende obstakel. In het kader van de treinactie hadden ze iemand uitgenodigd die een demonstratie ging geven met modeltreintjes (OH FUCK YEAH) en die stond dus met zijn tafel op ‘mijn plekje’, aldus de manager. (Lief of niet?) Maar ik ben niet iemand die persé op ‘mijn plekje’ moet zitten, ik wil ook best helemaal ergens anders of gewoon een stukje verderop, geen probleem. Toen dat ook uit de lucht was ging hij de vloer op en zette ik mezelf in de verf.
Niet veel later kwam hij terug, Penny stond klaar om de winkel in te lopen. Of ik misschien ook even boven wilde gaan zitten. Het is een winkelcentrum dat uit twee lagen bestaat, ik leg het even uit, de AH en de Jumbo zitten allemaal op het niveau van de parkeergarage en boven zaten ook nog allemaal winkels, maar dan niet overdekt. Dus ik legde uit dat ik dat wel wilde doen, maar omdat het koud was (en het was berenkoud die dag) zou het waarschijnlijk rustiger zijn daar. ‘Maar die betalen als winkelier wel mee aan dit optreden’ zei hij toen (scheepstoeter) PEPPPP PEPPPP PEPPP! Hoorde u nou ook die naald over die draaiende plaat wegtrekken? ‘Ehm, ik sta voor niks eigenlijk, ik moet het qua opbrengst hebben van wat de mensen in mijn spaarpotje doen, dus als u het niet erg vindt zit ik liever warm en binnen waar het druk is.’ Zijn mond viel open. ‘Alle vorige keren ook?’ Ik knikte. Zijn houding veranderde, wat helemaal niet hoefde, maar het was wel lief van hem. ‘Nee joh tuurlijk, tuurlijk, ga lekker binnen zitten. Heb je een kaartje of zo, want je doet zo je best, misschien kunnen we je een keertje echt boeken. Oh ja. We hebben nog een probleem, Mark Rutte komt zo.’
Die zag u niet aankomen hè? Nou ik kan u vertellen: ik ook niet. Dus èn een modelspoorbaan èn Mark Rutte en zijn gevolg. Oké. Nou ja. Ik stond al in de startblokken, dus ik ben maar gegaan. Maar dat deze dag heel anders zou lopen dan anders, dat stond nu al vast. En wat zeggen we dan? Als de reiskosten er maar uit zijn!
De meneer van de modelspoorbaan vond het prima dat ik een beetje bij hem in de buurt ging zitten. In de buurt van de Gall&Gall, niet te dicht bij de entree. ‘We bijten elkaar niet, niet waar?’ Mooi zo, een goed begin is het halve werk. Toen kwam al snel het eerste groepje beveiligers. Die gingen het, in mijn zicht, uitgebreid hebben over mij. Het was alsof ze lootjes trokken wie mij aan zou moeten spreken. Uiteindelijk gebeurde het. Of ik me wilde verplaatsen. Maar natuurlijk wil ik dat. Ik ben burgerlijk gehoorzaam en zeker in dit geval snap ik het. Dus zowel ik als de meneer van de modelspoorbaan verschoven een stuk. Niet veel later kwam het andere groepje beveiligers. Zelfde verhaal, alleen spraken ze nu niet met elkaar, maar in de draadjes die uit hun oren hingen. Of ik me wilde verplaatsen. Maar natuurlijk. Braaf. Verplaatst. De tafel met de modelspoorbaan werd de winkel ingerold. Toen kwamen de mannen in nette pakken. Zelfde verhaal. Braaf. Verplaatst. Toen kwamen de undercover mensen. De mannen met de hippe modejassen (die ik persoonlijk altijd meer op vuilniszakken vind lijken). Die bespraken mij. In mijn gezichtsveld. En regelden anderen om mij aan te spreken. Verplaatsen. Tuurlijk, geen probleem. Ik schoof de tafel nog verder naar links en zag hoe de modelspoorbaan in de verte weer werd ingepakt.
Ik begon bij de ene ingang en eindigde bij de andere ingang. En tussendoor ontstond de buzz die je voelt als er iets staat te gebeuren. De onrust. De lokale pers dook op. Die interviewden de lokale VVD-leden die met trotse oranje sjaaltjes over de in dure broeken gestopte geruite blousjes en rode konen heen en weer begonnen te lopen. Het was bij de Keurslager te doen (want stel je voor dat dhr. Rutte gewoon bij de Jumbo soep zou gaan scheppen) en die bevindt zich op drie kwart van de gang, dus er ontstond al vrij snel een oponthoud. De nationale pers dook op. Toen de cameraploegen. En het is maar één gang, van links naar rechts, dus het was nogal een onrustige toestand als je daar ook nog de mensen bij optelt die hun weekendboodschappen aan het doen zijn. Plus de groepjes kinderen waarvan er ook altijd eentje om een of andere rare reden een voetbal bij zich heeft. Ik probeerde rust te ademen. Rust. Maar na een uur of vier, vijf merkte ik dat ik opraakte. Ik dacht, ik hou het vol, misschien dat ik nog met dhr. Rutte op de foto kan, dat is toch mooie reclame voor Penny, maar het was niet duidelijk hoe laat hij aankwam en het duurde maar en het duurde maar. En toen ben ik maar gestopt. De kinderen werden vervelend, dus het was mooi geweest. Afgetaaid, kerel gebeld en afgeschminkt. Dat was de zaterdag.
Zondag was wel weer heel leuk. Ik zag eerder die week op de Facebookpagina van Walburg dat er een Pasar Malam plaats zou vinden en ik belde mijn connectie. Om in Walburg te mogen staan hoef ik namelijk alleen maar boekhandel Hyperion te bellen (koopt daer uwen boecken ende tijdsgriften), die zegt altijd ja en daarmee is die kous af. Heerlijk ongecompliceerd. Dus ik vroeg naar de organisatie. ‘Oh dat is Line-Up Events, hier is het nummer.’ Meteen gebeld, meteen leuk contact, meteen van alles geregeld en hup, zo stond de waarzegster op een prima plekje naast de cakeversierdinges. Het was niet heel druk, maar dat hoefde niet, na twee intensieve Pennydagen was ik blij dat ik even ontspannen kon zitten en ouwehoeren met mensen. Het liep gesmeerd, bijzondere gesprekken en de laatste was, zoals mevrouw het zei ‘spot on’. In the pocket.
Nou en dat waren de dagen. Het was een beetje een pechweek, want ik had een sollicitatie lopen voor een baan op een bijzondere locatie en daar ben ik voor afgewezen omdat ik te ver weg woon. Het staan is net iets teveel gedoe om echt van rond te kunnen komen, het gaat eigenlijk net niet, dus ik ben verder gaan zoeken. Maar om dan afgekeurd worden op mijn Sliedrechts-zijn is wel een beetje zuur. Dus vandaag ging ik even Gorinchem in om te speuren naar vacatures, maar ook daar mocht het niet baten. Nergens zoeken ze toevallig een leuk iemand. Druilerig keerde ik terug. <piep piep> Berichtje. Van Eveline van Living Sculptures, de moeder van Penny. Een boeking! Een echte eerste voorjaarsboeking! Voor 25 maart en ook nog eens in de buurt, dus wie weet is deze boeking wel voortgekomen uit een van mijn zit-acties! Zie, het tij keert. Alleen natuurlijk nooit op het tempo dat ik wil. Geduld…
Net hebben we het besluit genomen dat Penny morgen voor het eerst weer naar buiten gaat. Het is mooi geweest met de winter. En aan wie ben ik die eerste stappen verschuldigd? Aan mijn lievelingsomkleedwinkel natuurlijk. Holland & Barrett in Dordrecht. De verliezen steken we in de ene zak, de overwinningen in de andere. De appelboom vertoont haar eerste groene knoppen. Kom maar lente, kom maar.
De foto’s zijn van Jos Wesdijk (Jos, als je dit leest: heel hartelijk dank, een prachtige weergave van mijn dag!) en je ziet goed hoe ik steeds een stukje verderop sta. De jongetjes die om mij heen staan, staan niet veel later met dhr. Rutte op de foto.
Vindt u mijn verhaaltjes leuk? Zou u mensen dan willen attenderen op dit weblog en of op mijn website?